Bio-aardappeltelers worden in lastig jaar in het zonnetje gezet door afnemers
Volgens Ekoplaza is het een zoektocht om de juiste aardappel te kiezen voor de chips. „Om de kwaliteit in stand te houden moeten telers steeds nieuwe rassen kiezen”, vertelt Steven IJzerman, kwaliteitsmanager bij Ekoplaza. „Maar alles wat nieuw is, is ook wennen én komt vaak met kleine of grotere problemen. Daarom kiezen we voor langdurige samenwerkingen. Wij ondersteunen onze telers om door te zetten. Doordat ze verzekerd zijn van een langdurige samenwerking met Ekoplaza krijgen ze de kans om investeringen in innovaties ook terug te verdienen. Zo zorgen we ervoor dat telers niet in onzekerheid hoeven te ondernemen.”
Uit de Flevopolder
Bjorn Andringa van FZ Organic Food (van merknaam Trafo) nodigde de telers uit om een kijkje te komen nemen in hun chipsmakerij. „In de afgelopen jaren zijn er heel wat aardappelrasen voorbijgekomen. Inmiddels hebben we twee favoriete rassen die ons vrijwel jaarrond de beste aardappelen leveren voor de allerlekkerste chips. Hierbij wordt geen gebruik gemaakt van bewaarmiddelen. Ook zijn we extra trots op het feit dat deze aardappelen uit de Flevopolder komen vlakbij onze fabriek, dus echt lokaal.”
In ieder geval staan Sjoukje en Bert de Feijter van De Feijter VOF uit Emmeloord (FL) stralend op de verpakkingen. Ze telen aardappelen, spinazie, boontjes, erwten, grasklaver, suikermais, witlof, wortelen, vlas, zaaiuien en rode kool. Op de website van Agrico, het aardappelhandelshuis, vertelt Bert de Feijter dat hij in 2012 omschakelde naar biologisch: „We konden vrij snel omschakelen, omdat we nog een bloemkooltak ernaast hadden met een steady inkomensstroom.”
Phytophthora
Om volledig biologisch te kunnen telen, zijn ze inmiddels gestopt met bloemkool. Wat de aardappelen betreft, telen ze de rassen Sevilla en Beyoncé. „Omdat we biologisch telen, wil ik alleen nog maar phytophthora-resistente aardappelrassen telen. En dat bevalt me goed. Van origine hebben we hier in de polder kleigrond. In 2005 hebben we de grond gediepploegd, waardoor het zand uit de onderlaag wordt gemengd met de zwaardere klei. Zo is de grond niet alleen makkelijker bewerkbaar, maar kunnen de wortels van de aardappelen in deze lichtere grond ook makkelijker naar beneden groeien om voeding en water te krijgen. Zo halen wij op onze productieve grond goede opbrengsten van uitstekende kwaliteit.”