Effect op opbrengst verschilt: veldboon +32 procent, ui -10 procent
Strokenteelt verhoogt opbrengst en omzet
Stroken kom je steeds vaker tegen in de Nederlandse akkerbouw, maar welke gewassen groeien optimaal naast elkaar? Deze vraag stond centraal in het meerjarige onderzoek, uitgevoerd voor stichting Hemus op het biologische akkerbouwbedrijf ERF in Zeewolde (FL). Onderzoekers aan de Wageningen Universiteit volgden de gewassen in samenwerking met stichting Hemus in een driejarig onderzoek op een biologisch perceel van 64 hectare. Op dit perceel teelt ERF acht gewassen in dezelfde vruchtwisseling van grasklaver, knolselderij, broccoli, haver, ui, pastinaak en aardappel in zes meter brede stroken en ter vergelijking in volveldse blokken van twee hectare. Het doel? Zien of bepaalde gewascombinaties in strokenteelt oogst en omzet verhogen of juist schaden.
Productiviteit
Wat is het effect van strokenteelt op opbrengst en spelen de buurtgewassen daar een rol in? In het onderzoek konden we uiteindelijk zes gewassen onderzoeken, elk gelegen naast vijf verschillende buurgewassen. Met de onderzoeksopzet kijken we niet alleen naar het effect van strokenteelt op de oogst, maar kunnen we ook per gewas inzoomen op de effecten van de vijf verschillende buurgewassen. Ten eerste is de oogst uit de middelste rijen van de stroken vergeleken met de opbrengst uit volveldse teelt. ten tweede zijn effecten van buurgewassen bekeken door oogst uit de randrijen van stroken te vergelijken met de middelste rijen.
Antwoorden op de vraag of strokenteelt effect heeft op de opbrengst zijn te zien in figuur 1. Vergelijken we de opbrengst van de zes gewassen in strokenteelt met de volveldse percelen, dan verschilt het per gewas welk effect we zien. Waar de opbrengst van veldboon (+32%) en pastinaak (+41%) positief beïnvloedt worden door de strokenteelt, reageren aardappel en knolselderij neutraal en zien we voor haver (-6%) en ui (-10%) een lagere opbrengst in strokenteelt. Als er knolselderij of broccoli naast aardappelstroken stonden, zagen we een positief effect op aardappelopbrengst (respectievelijk +15% en +38%). Voor andere gewassen zijn er geen effecten van buurgewassen waargenomen.
De conclusie? Strokenteelt op zich kan opbrengsten al verhogen. Welke combinatie van gewassen je teelt kan daar mogelijk nog een verdere opbrengstverhoging aan toevoegen. Hoewel we zagen dat sommige gewassen een grotere opbrengstverhoging hadden dan anderen, ging het oogstgewicht voor al de gewassen samen met acht procent omhoog. Een hogere opbrengst kan vertaald worden naar landgebruik: strokenteeltsysteem levert tussen de vijf en tien procent landbesparing vergeleken met volveldse teelten. Deze ruimte kan gebruikt worden voor natuurlijke elementen zoals bloemenstroken of hagen.
Levensvatbaar alternatief voor volveldse teelt
Strokenteelt wordt vaak gezien als een systeem waarbij arbeid flink toeneemt. Dit vormt dan ook een van de barrières voor het toepassen van strokenteelt. Is het toch een alternatief voor biologische volveldse teelt? De toename in arbeid wordt bijvoorbeeld veroorzaakt door complexiteit van planning en het vaker heen en weer moeten rijden tussen akkers. Een manier om de levensvatbaarheid van strokenteelt te toetsen is door te berekenen wanneer de toename in opbrengst de toename in arbeid kan bekostigen. Voor het systeem van Hemus in samenwerking met ERF is er gekeken tot hoeveel de toename in opbrengst een eventuele toename in arbeid kan compenseren. De oogsttoename bracht een hogere omzet van 590,- euro per hectare. Deze omzet kan een toename in arbeid van 24 procent bekostigen. Dit zijn de resultaten van één getest ontwerp. Andere ontwerpen van gewascombinaties in strokenteelt lieten soortgelijk resultaat zien en zelfs een hogere omzet tot 759,- euro per hectare. Dit betekent dat ondanks een mogelijke toename van arbeid in strokenteelt, de toename in oogst en omzet deze kosten kan dekken.
Hoe nu verder?
Dit driejarige onderzoek van Hemus en ERF laat zien dat als we kijken naar alle gewassen samen, de effecten van stroken op oogst positief zijn. Zelfs als de opbrengst van sommigen gewassen of gewascombinaties lager is dan volveldse teelt. Bovendien laat het zien dat het belangrijker is om nadruk te leggen op het verhogen van gewasdiversiteit op het niveau van het totale perceel dan op het optimaliseren van buurgewassen in een systeem met zes meter brede meter stroken. Zie ook het kader met tips voor het ontwerpen van jouw strokenteeltsysteem. Wil je de wetenschappelijke publicatie van dit onderzoek bekijken? Zie bronvermelding hieronder.
Bron: Juventia, S. D., & van Apeldoorn, D. F. (2024). Strip cropping increases yield and revenue: multi-year analysis of an organic system in the Netherlands. Frontiers in Sustainable Food Systems, 8, 1452779.
Tips vooor strokenteeltontwerp
1. Zorg dat de gewasconfiguratie van het strokenteelt system gebruik maakt van het ‘hink-stap-sprong’-principe. Dit zorgt ervoor dat gewassen nooit grenzen aan een strook waar hetzelfde gewas vorig jaar lag. Zo maak je het risico dat ziekten en plagen overleven op het perceel kleiner.
2. Houdt rekening met veldwerkzaamheden, zoals: moet ik over de nabijgelegen strook kunnen rijden voor het oogsten van een gewas?
3. Zorg bij het ontwerpen dat het systeem wordt geoptimaliseerd, gebaseerd op jouw doelen. Voorbeelden van zulke doelen: reduceren van plaagaantasting in specifieke gewassen, omhoog halen van opbrengst, stimuleren van biodiversiteit.
Zelf een ontwerp maken voor jouw strokenteelt-rotatie? Doe mee met de training ‘gewasdiversiteit’ door Hemus, ERF, WUR en Land & Co. Info en opgave www.bioacademy.nl
Tekst: Anna de Rooij, Hilde Faber, Dirk van Apeldoorn, Stella D. Juventia
Beeld: Klaas Eissens