PlantyOrganic: gesloten bedrijfssysteem zonder mestaanvoer
Een werkgroep binnen de vereniging van biologische akkerbouwers en vollegrondsgroente telers in de Noordelijke kleischil BioWad heeft in het seizoen 2010-2011 nagedacht over hoe de biologische landbouw (op de Noordelijke kleischil) zich verder kan ontwikkelen richting een op alle fronten houdbare landbouw. De gesloten kringloop is gekozen als belangrijk uitgangspunt. De werkgroep vindt de sector in Nederland (en daarbuiten) nog teveel afhankelijk van (biologische) mest.
Er is vervolgens een geheel plantaardig biologisch systeem uitgewerkt. Als grote voordeel voor de hele biologische sector wordt gezien dat de sectorale kringloop makkelijker gesloten kan worden als een deel van de akkerbouwbedrijven de kringloop intern gaat sluiten. Nu fosfaat steeds meer de beperkende factor wordt bij het bemesten biedt dit systeem de mogelijkheid om beter en efficiënter te sturen op stikstof en fosfaat. Het doel is om door praktijkonderzoek het plantaardige bedrijfssysteem tot een absoluut volwaardig alternatief te ontwikkelen.
PlantyOrganic gaat nog een stap verder dan huidige onderzoeken naar optimalisatie van de (interne) stikstofhuishouding op biologische bedrijven, die nog gebruik maken van buiten het bedrijf afkomstige maaimeststoffen, namelijk: volledig eigen stikstofvoorziening en geen aanvoer van meststoffen van buiten het bedrijf. Hiermee wordt een ontwikkeling in gang gezet naar een nu nog verre horizon van echt duurzame plantaardige productie. De provincie Friesland, de provincie Groningen, de Rabobank en het ministerie van EL&I hebben bijgedragen aan de financiering van het project dat in juli 2012 van start is gegaan. Voorzitter Wridzer Bakker van BioWad is erg blij met deze toezeggingen en vindt het een grote uitdaging en must om als sector te blijven innoveren.
Onderzoek
Op 5 hectare, verdeeld in 6 proefvelden, wordt over een periode van maar liefst zes jaar een volledig plantaardig akkerbouw bedrijfssysteem ontwikkeld dat 100% eigen stikstof draait en geen verdere input heeft zoals dierlijke mest of compost.
Tijdens het onderzoek wordt gekozen voor het radicale standpunt om (voorlopig) geen afvoer van de overige mineralen te compenseren. De motivatie is dat beter eerst de aanwezige bodemvoorraad aangesproken kan worden. Van der Burgt: “Fosfaat, kali en andere plantenvoedingstoffen zijn in grote hoeveelheden in de grond aanwezig, zowel in de bouwvoor als in de ondergrond. Die willen we aanspreken met diepwortelende gewassen en groenbemesters. Het mobiliseren van bodemvoorraad vraagt wel een optimale beworteling en bodemleven, en niet-kerende grondbewerking kan daaraan bijdragen”. Het bedrijfssysteem is neergelegd op één van de biologische percelen van proefbedrijf Kollumerwaard van SPNA.
Voorwaarden
Er zijn voor het onderzoek een aantal voorwaarden opgesteld waaraan het onderzoek moet voldoen.
- Volledig eigen stikstofvoorziening door stikstofbinding met grasklaver of luzerne en groenbemesters;
- Geen aanvoer van dierlijke mest of compost;
- Voldoende stikstof om een goede opbrengst en voldoende kwaliteit van de te verkopen gewassen mogelijk te maken;
- Geen zwaar bouwplan, zowel vanuit het oogpunt van bodemkwaliteit als uit het oogpunt van stikstofvoorziening;
- Instandhouding of toename van het bodem organische stof gehalte;
- Tot op zekere hoogte een voor de regio representatief bouwplan; in ieder geval representatieve gewassen;
- In de winter zo veel mogelijk begroeide percelen;
- Afwisseling van maaivruchten met andere gewassen.
Bij het ontwerp van het volledig plantaardig akkerbouw bedrijfssysteem is gebruik gemaakt van het model NDICEA om zicht te krijgen op een van de hoofdpijlers van het systeem, de stikstofdynamiek.
Het ontwerp van het vruchtwisseling- en bemestingsplan zoals het nu gerealiseerd is staat in figuur 1 en in tabel 1 . De berekeningen voor de hoeveelheid bemesting zijn uitgevoerd alsof alle percelen één hectare groot zijn en het bedrijf zes hectare groot is. Voor de deelpercelen geldt dat in 2012 de voorgeschiedenis qua gewasverbouwing voor ieder gelijk is.Figuur 1. Vruchtwisseling. 1,2,11: grasklaver. 3: bloemkool. 5: zomertarwe. 7: peen. 8: winterrogge. 10: aardappel. Groenbemesters: 4: bladrammenas. 6,9: klaver. A, B: bemesting met maaimeststof grasklaver.
De groenbemesters nr. 6 en 9 zijn momenteel nog niet definitief gekozen. (Bron: PlantyOrganic Bedrijfsontwerp, Van der Burgt 2012)
Onderzoeksvragen
De onderzoeksvragen zijn:
- Is er voldoende stikstof beschikbaar voor de verwachte opbrengsten?
- Welke soorten klaver groenbemesters zijn het meest geschikt?
- Hoe verlopen het inwerken van gewasresten en maaimeststoffen en de onkruidbeheersing?
- Is het systeem stabiel, rijk aan biodiversiteit, robuust?
Het onderzoek wordt wetenschappelijk begeleid door het Louis Bolk Instituut. Onderzoeksleider Geert-Jan van der Burgt onderstreepte het innovatieve karakter van de proef. Hij zegt hoge leerverwachtingen te hebben van dit onderzoek, te meer dat het bedrijfssysteem werkt met een niet kerende grondbewerking. Hierdoor krijgt het bodemleven de kans zich optimaal te ontwikkelen wat erg belangrijk is om de mineralen beschikbaar te krijgen uit de plantenresten en de bodem.
KRINGLOOPPLEIN
Samen kunnen we de kringloop sluiten en emissies beperken.
De Provincie Overijssel is de initiator van het Kringloopplein dat tijdens BioVak ‘13 het podium is om kennis en ervaringen rondom kringloop denken te delen. Ondernemers kunnen samen met het publiek te leren en te ervaren wat het betekent om in de kringloopketen samen te werken. Door deze onderlinge interacties is het mogelijk de kringloop verder te sluiten, met als effect minder emissies.
Ook telersvereniging Biowad schuift aan op het Kringlooplein en onderschrijft de integrale aanpak die daar zo treffend tot uitdrukking komt. Het is dé plek waar ondernemers uit de landbouw, bouwwereld, techniek, wetenschap en adviseurs elkaar ontmoeten en inspireren. De participanten op het Kringlooplein maken duidelijk hoe hun product, dienst of organisatie bijdraagt aan het verder sluiten van de kringloop. De deelnemende participanten hebben niet alleen een kringlooptafel ter beschikking, wat helpt om de afzonderlijke producten of diensten te positioneren, maar zij nemen ook plaats aan tafel bij het spel Ketenology. Dit interactieve spel is speciaal ontwikkeld om partijen die samen een beleidsketen (willen gaan) vormen spelenderwijs met elkaar in contact te brengen en maakt verdieping met ketenpartners mogelijk. Diverse onderwerpen zoals beleid, experiment, kennis, ontwikkeling en uitvoering komen daarbij aan de orde. Met als resultaat: inzicht, begrip en kennis.
Meer informatie:
mcbus@avestura.nl
Tekst: Michiel Bus, Avestura
Beeld: Geert jan van der Burgt, Louis Bolk Instituut