Biohuis reageert kritisch op aanbevelingen uit ACM's Agro-Nutrimonitor
LTO reageert behalve namens Biohuis ook namens de Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV), Glastuinbouw Nederland/GroentenFruitHuis en de Nederlandse Fruittelers Organisatie (NFO). Het onderzoek werd uitgevoerd door de WUR en ging over duurzaam voedsel en de markt daarvoor. Zo zijn er volgens de ACM maatregelen nodig om het prijsverschil tussen gangbare en duurzamere producten te verkleinen. Ook pleit de organisatie voor meer transparantie van de prijsvorming en roept de ACM ketenpartijen op om een grotere bijdrage te leveren aan verdere verduurzaming.
Markt
LTO Nederland uit mede namens Biohuis kritiek. 'Het onderzoek wijst uit dat boeren en tuinders in veel gevallen voldoende meerprijs ontvangen voor hun biologische producten', schrijft LTO. 'Maar dat wil niet zeggen dat alle boeren en tuinders nu kunnen omschakelen naar biologisch. De markt bepaalt dat. Een overschot in de biologische markt zou ongetwijfeld leiden tot een prijsdaling. De biologische productie moet gelijke tred houden met de vraag. De Nederlandse consument heeft helaas te weinig kennis van de meerwaarde van duurzamere producten, en bovendien zijn de exportmogelijkheden beperkt. Dat wordt opnieuw aangetoond door de agro-nutrimonitor.'
Dat Nederlandse consumenten momenteel vooral kiezen voor goedkopere huismerken in de supermarkt vanwege prijsstijgingen, bevestigt dit beeld in de ogen van LTO en dus ook Biohuis. De ACM zelf maakte een vergelijking met Denemarken, maar dat is volgens LTO niet zomaar te vertalen naar de Nederlandse situatie. 'In Denemarken is er een lange, constante historie van overheidspromotie van biologisch. In Nederland was er een aantal jaren de campagne ‘biologisch heel logisch’ met inzet van ketenmanagers. Dat leverde geleidelijke groei op, maar de 10 procent in 2010 die toen werd beoogd werd lang niet bereikt en de campagne stopte weer. Van die ervaring moet geleerd worden. Bovendien promoten retailers biologisch nauwelijks op de winkelvloer.'
Extra keurmerk niet nodig
Op een extra duurzaamheidskeurmerk zitten de partijen namens wie LTO reageert niet te wachten. Zo'n keurmerk wordt door de ACM wel geopperd. 'LTO denkt niet dat de consument zit te wachten op nóg een keurmerk. Discounters willen liefst zo weinig mogelijk varianten. Bovendien zou zo’n keurmerk dan Europees en internationaal geaccepteerd moeten worden, maar nu hebben landen vooral eigen keurmerken. De Nederlandse land- en tuinbouw is sterk afhankelijk van internationale markten, ondanks de roep om kringlopen te sluiten.'
Een voorstel om het prijsverschil tussen duurzaam en gangbaar te verkleinen, klinkt mooi, maar het wordt niet duidelijk hoe dat dan betaald zou moeten worden, als de consument dat niet wil, schrijft LTO onder meer namens Biohuis. 'Een oplossing: verhoog het GLB-budget voor zaken die de markt (nog) niet vergoed. Dan krijg je synergie. Dat mag dan niet ten koste gaan van de meerprijs die de boer en tuinder ontvangt voor bestaande keurmerk. Een andere oplossing is om sector-brede duurzaamheidsinitiatieven toe te staan, met méérprijsafspraken als onderdeel daar van, bijvoorbeeld volgens ‘true price’ (externe effecten meenemen in de prijs) berekeningen.'
Contrast
De kritische houding van LTO Nederland namens Biohuis staat in contrast met Bionext. „Deze brief is voor ons als bio-sector zeer relevant. De zeer concrete aanbevelingen voor de minister zijn mijns inziens redelijk baanbrekend”, reageerde Bionext-directeur Michaël Wilde eerder op de website Ekoland. „Het is een enorme steun in de rug dat de ACM dezelfde argumentatie gebruikt. Ze zeggen hiermee dat er maatregelen nodig zijn, omdat anders de markt voor bio niet heel hard gaat groeien. Wij voelen ons gesteund door deze brief en het zal ook helpen in de verdere gesprekken om dit soort maatregelen voor elkaar te krijgen. De markt moet immers leidend zijn in de transitie. Overal waar ik kom, praat men over de markt. En in deze aanbevelingen zegt de ACM precies wat er moet gebeuren.”