Onderzoek aan bodem en maaimeststoffen levert nieuwe inzichten voor lage input landbouw
Tijdens een bezoek aan de proeven van Evergreen Akkerbouw op Kollumerwaard gaf zelfstandig onderzoeker Geert-Jan van der Burgt uitleg over de zaken die de hele akkerbouw kan leren uit deze proef met minimale mineralenaanvoer.
Bij de technische optimalisatie bij minimale inputs vinden de onderzoekers steeds nieuwe dingen, omdat nog heel veel processen in de bodem onbekend zijn voor wetenschap en teelt. Telers zijn actief bezig met het verwerven en gebruiken van de bodem- en bemestingskennis die op de proefbedrijven van SPNA gevonden wordt. Hero Havenga van BioWerk (de uitvoeringsorganisatie van boerensamenwerking BioWad) vertelt dat deze groep agrarische ondernemers iedere eerste maandag van de maand samenkomt. Zij gebruiken de kennis uit het onderzoek en werken samen in projecten gericht op water, biodiversiteit en andere relevante zaken voor de landbouw en het beheer van het buitengebied.
Evergreen Akkerbouw
Een van de projecten die informatie voor de telers oplevert is Evergreen Akkerbouw, het vervolg op Planty Organic. In dit project onderzoekt zelfstandig onderzoeker Geert-Jan van der Burgt op proefboerderij Kollumerwaard de mogelijkheden om met plantaardige mest de teeltrotatie rond te zetten. In plaats van dierlijke mest of kunstmest neemt het onderzoeksteam stikstofbindende gewassen op in de rotatie. De luzerne of andere vlinderbloemige wordt niet aan vee gevoerd en dan pas teruggebracht op de percelen, maar het wordt als plantaardige meststof/bodemverrijking gebruikt. Op de vruchtbare jonge zeeklei van Kollumerwaard constateert Van der Burgt nauwelijks teruggang in elementen voor de plantengroei. „We krijgen wel eens het verwijt dat we de grond uitmijnen op fosfaat en andere elementen, maar mijn wedervraag is of het dan wel duurzaam is om de fosfaatmijnen in Marokko uit te mijnen?”
Van der Burgt gebruikt de metingen in Evergreen Akkerbouw om het rekenmodel van stikstofplanner Ndicea te verfijnen. In de afgelopen paar jaar komt het onderzoek aan de vraag uit de praktijk tegemoet rond het ‘uitmijnen van mineralen’ door ook compost aan te voeren in een deel van de proefveldjes.
Doordat in de opzet van Evergreen Akkerbouw een op de zes jaar een teelt vervangen is door de teelt van de meststof, is het systeem vergeleken met gangbare landbouw nog niet rendabel te maken. Voor biologische telers ligt de methode al dichter bij een rendabel alternatief, omdat in die teelt al extra plaats is voor vlinderbloemige bodemverbeteraars en omdat de dierlijke mest in die sector schaarser en dus duurder is, zegt Van der Burgt.
Zware klei
Voor telers op de zware klei met een graanrijk bouwplan is het inpassen van extra groenbemesters moeilijk, erkent Van der Burgt. Past daarin misschien de onderzaai van een leguminoos in het graan, zoals dat in Denemarken wel te zien is? „Dat lijkt mij een topsysteem en zeker de test waard”, zegt Van der Burgt.
Een groenbemester tilt een klein deel stikstof over de winter, aldus de onderzoeker. Met stikstofbinding door een vlinderbloemige is nog wat meer stikstof te vangen en te gebruiken in de rotatie. Daarbij is het slagen van die teelt wel van groot belang. Bij groenbemesters vindt hij de kilo’s droge stof en stikstof wel eens wat hoog ingeschat, vooral omdat de teelt wel eens wat minder uitbundig groeit dan theoretisch haalbaar is. „Toch is een minder ontwikkelde groenbemester geen weggegooide moeite, vooral omdat het meer doet dan stikstofbinden. Het is ook van belang voor de structuur en de andere zachte argumenten.” Met die zachte argumenten bedoelt Van der Burgt zaken als waterhuishouding en bodemleven.
Kijkje buiten op de proefvelden
Op de Evergreen Akkerbouw-veldjes op Kollumerwaard geeft Van der Burgt nog meer uitleg over de dingen die hier te leren zijn rond akkerbouw zonder mest. „Het blijkt dat we hier na twaalf jaar zo gewerkt te hebben niet achteruitboeren.” Overigens zal een dergelijk systeem op een arme, droge zandgrond er volgens hem wel anders bijliggen. Hier op de klei aan de Waddenkust vinden de onderzoekers alleen een iets gedaalde waarde voor fosfaat en kalium, statistisch niet eens hard te maken.
„Een stukje niet-kerende grondbewerking draagt bij aan het vasthouden van stikstof. Deze hele proef is gericht op stikstofbehoud en stikstofinvoer. Je moet veel aspecten ineen schuiven als je een slim plan wil maken voor deze landbouw, maar als je toekomst wil hebben, moet je een heel goed idee hebben”, vat Van der Burgt de totale aanpak samen bij Evergreen Akkerbouw.
De motor van het hele systeem is het inwerken van klaver-luzerne, maar in het bouwplan van Evergreen Akkerbouw zitten nog meer vlinderbloemigen. Het blijkt op deze plek geen problemen op te leveren met bodemgezondheid. De onderzoekers zien geen vermeerdering van plaagaaltjes of andere bodemziekten. „Het bouwplan kan in deze omstandigheden, al is het dus financieel niet rond.”
Voor Van der Burgt is dat laatste onder proefomstandigheden geen probleem. Hij hoopt er zo van te leren dat delen van de strategie bruikbaar worden voor de praktijk. In ieder geval blijkt het systeem dat ze testen op Kollumerwaard in Munnekezijl een zeer lage uitspoeling te kennen. De stikstofverliezen zijn daarmee beperkt tot enkele procenten, terwijl een systeem ‘via de koe’ volgens de onderzoeker al snel 40 procent stikstofverlies kent.
Tekst: Jorg Tönjes
Beeld: Jorg Tönjes