Algemene Rekenkamer kritisch op budget LNV voor biologische sector
Het Transitiefonds Landelijk Gebied en Natuur, beter bekend als het stikstoffonds, is er officieel nog niet. De wet die dat fonds moet regelen is nog niet goedgekeurd door de Eerste Kamer, en dat zal voorlopig waarschijnlijk ook niet gebeuren omdat de senatoren de behandeling van die wet controversieel willen verklaren. Maar desondanks wil het ministerie geld uit dat fonds alvast inzetten voor een aantal punten. In haar begroting trekt ze onder meer 50 miljoen euro uit om de markt voor biologische producten te stimuleren, 100 miljoen euro om jonge boeren te ondersteunen bij bedrijfsopvolging, en één miljard euro voor de uitkoop van piekbelasters.
De Algemene Rekenkamer wijst erop dat het nog niet duidelijk is voor welk deel van deze zaken de minister volgend jaar geld wil uitgeven, en hoe ze die uitgaven onderbouwt.
Biologisch landbouwareaal
Het ministerie heeft de ambitie dat in 2030 15 procent van het landbouwareaal wordt gebruikt voor biologische landbouw - nu is dat 4 procent. Zoals gezegd, trekt het ministerie in de jaren tot 2029 50 miljoen euro uit om de afzetmarkt voor biologische producten te stimuleren. 13,1 miljoen euro daarvan wordt volgend jaar al ingezet.
De Algemene Rekenkamer stelt dat de overheid de afgelopen twintig jaar al met allerlei middelen heeft geprobeerd om het biologisch landbouwareaal te laten toenemen, maar dat dat nog niet tot een daadwerkelijke groei heeft geleid. 'En veel van de maatregelen van toen worden nu wederom ingezet', concludeert de Rekenkamer. Daarnaast ziet ze onzekerheid over het budget.
LNV laks in opvolgen aanbevelingen
Na het publiceren van de miljoenennota kijkt de Algemene Rekenkamer traditioneel of het beleid dat verschillende ministeries in hun begrotingen aankondigen, doeltreffender of doelmatiger kan. Zij doet daarvoor dan aanbevelingen. Zo ook nu weer. Maar ze kijkt ook in hoeverre die aanbevelingen in het verleden zijn opgevolgd. Gemiddeld, stelt het instituut, hebben ministeries in de laatste vijf jaar actie ondernomen naar aanleiding van 71 procent van de aanbevelingen. Bij LNV ligt dit percentage met 46 procent een stuk lager. Ook toezeggingen door de minister, naar aanleiding van het rapport van de Rekenkamer, liggen lager. Waar in het algemeen 52 procent van de aanbevelingen leidt tot een toezegging van de verantwoordelijke bewindspersoon, is dat bij LNV maar 33 procent.