Waarom deregulering van CRISPR-Cas leidt tot meer patenten op ons voedsel
Patenten in plantenveredeling leiden tot marktconcentratie
Raaijmakers werkt bij Bionext en zet zich al ruim 20 jaar in voor de biologische sector. Zij strijdt sinds 2009 voor een patentvrije landbouw. Dat heeft ze in het verleden gedaan samen met een brede coalitie van vertegenwoordigers uit de hele landbouwketen. Het resultaat: een verbod op nieuwe patenten op natuurlijke eigenschappen. De praktijk laat echter zien dat patentjuristen alweer een sluiproute gevonden hebben om dit verbod te omzeilen. Als nieuwe veredelingstechnieken zoals CRISPR-Cas gedereguleerd worden, zal het aantal patenten op voedsel verder toenemen. In de media wordt de discussie rondom New Genomic Techniques (NGT’s) losgekoppeld van de discussie rondom patenten. Onterecht volgens Raaijmakers. Patenten vormen het verdienmodel van NGT’s als CRISPR-Cas en de discussie is volgens haar niet los te voeren.
Patenten en kwekersrecht, hoe zit het precies?
“Kwekersrecht is net als patentrecht een vorm van intellectuele eigendomsbescherming. Kwekersrecht is speciaal ontworpen voor de plantenveredeling en beschermt de veredelaar die een nieuw ras heeft ontwikkeld. Er wordt uitgebreid getoetst of het nieuwe ras onderscheidend is en of het ras ook uniform en stabiel is. Wanneer dit het geval is, krijgt de veredelaar middels het kwekersrecht 25 (of 30, afhankelijk van het gewas) jaar het alleenrecht op de verkoop van dit ras. De veredelaar heeft hiermee een voorsprong in de markt. Concurrenten mogen het nieuwe ras wel gebruiken als kruisingsouder in hun eigen veredelingsprogramma. Zij mogen dus vrij verder veredelen met de raseigenschappen die andere veredelaars tot stand hebben gebracht.” Kort gezegd: het kwekersrecht zorgt ervoor dat de veredelaar zijn inspanningen kan terugverdienen, maar belemmert niet het veredelingsproces van concurrenten. Heel belangrijk benadrukt Raaijmakers, vrije toegang tot genetische diversiteit is essentieel voor innovatie in de veredeling en daarmee voor onze voedselzekerheid. Patenten werken heel anders. “Patenten zijn oorspronkelijk bedoeld voor de bescherming van technologische uitvindingen, zoals de elektrische fiets. Met de introductie van GGO’s hebben patenten echter hun intrede gedaan in de plantenveredeling. De eerste GGO’s waren herbicide resistente gewassen. Het agrochemiebedrijf dat deze eigenschap ontwikkeld had, vroeg niet alleen patent aan op de genetische modificatietechniek zelf maar ook op alle planten waar deze herbicideresistentie in zit. Een patent, in het Nederlands ook wel octrooi genoemd, wordt niet aangevraagd op een ras, maar op de beschrijving van een specifieke eigenschap en de wijze waarop deze ‘ontdekt’ of ontwikkeld is. De reikwijdte van de patentbescherming beslaat vervolgens alle zaden, planten en vruchten waar deze eigenschap inzit. De patenthouder kan zo dus een groter deel van wat er op de markt is beschermen.”
“Vóór CRISPR-Cas en tegen patenten? Dat is struisvogelpolitiek!”
Remmen patenten de ontwikkeling van nieuwe rassen?
Raaijmakers: “Ja, de vrije uitwisseling van genetisch materiaal wordt beperkt. Anders dan bij het kwekersrecht, mag een veredelaar namelijk niet zonder toestemming van de patenthouder nieuwe rassen op de markt brengen waar de gepatenteerde eigenschap inzit. Die toestemming kan dus geweigerd worden en je moet als veredelaar sowieso flink betalen voor een licentie. Met een patent kun je je concurrenten dus behoorlijk dwars zitten.”
Voor de uitwisseling van genetisch materiaal is toch het International Licencing Platform (ILP) opgericht?
“Het ILP is een Nederlands initiatief om de negatieve effecten van patenten in de groenteteelt te verminderen, maar zeker geen totaaloplossing. Je moet nog steeds betalen voor de toegang tot genetisch materiaal terwijl dit onder het kwekersrecht gratis is. Bovendien, lang niet alle veredelingsbedrijvenbedrijven nemen deel aan dit platform.”
Hoe weet een veredelaar dat een raseigenschap is gepatenteerd?
“Dat is lastig. Een patent heeft geen labelingsplicht. In één ras, kunnen wel tien gepatenteerde eigenschappen zitten. Hoe kom je daar achter? In de PINTO database (Patent Information and Transparency Online) staat van een aantal patenten geregistreerd in welke rassen ze zitten, maar dit is geen bindend systeem. Er is geen totaaloverzicht waarin je van alle rassen kunt checken of er een patent op rust. In de praktijk leidt dit tot grote juridische onzekerheid bij veredelaars. Want als je zonder toestemming gebruik maakt van een gepatenteerde eigenschap kun je beschuldigd worden van patentinbreuk. Dit is vooral een risico voor kleine, onafhankelijke veredelaars want die hebben niet de middelen en de juridische slagkracht om deze strijd aan te gaan .”
“Patenten vormen het verdienmodel van NGT’s als CRISPR-Cas.”
Mogen natuurlijke eigenschappen gepatenteerd worden?
“Officieel niet. Een natuurlijke eigenschap is geen uitvinding. Toch zijn sinds het begin van deze eeuw steeds meer patenten aangevraagd op natuurlijke eigenschappen.Het patent op luizenresistentie in paprika is hiervan een voorbeeld. Deze eigenschap is afkomstig van een wilde peper uit de Wageningse genenbanken. Bionext heeft samen met een brede coalitie uit de landbouw, de afgelopen tien jaar keihard gewerkt om dit soort patenten tegen te gaan. We hebben bereikt dat er een nieuwe interpretatie van de patentwet is gekomen die aangeeft dat producten van ‘essentieel biologische processen’ zoals kruisen en selecteren niet gepatenteerd mogen worden. Met andere woorden: als je nu een natuurlijke eigenschap uit de genenbank met allerlei patenteerbare technieken inbouwt, dan is die natuurlijke eigenschap nog steeds uitgesloten van het patent.”
Ook al mogen nieuwe patenten op producten van klassieke veredeling officieel dus niet meer verleend worden, het probleem is volgens Raaijmakers nog niet opgelost. Zo kunnen patentaanvragers dit verbod in de praktijk makkelijk omzeilen door te beweren dat de geclaimde eigenschap tot stand is gekomen via veredelingstechnieken als random mutagenese of CRISPR-Cas. Of deze technieken ook daadwerkelijk zijn toegepast is meestal niet aantoonbaar. Met andere woorden: de gepatenteerde eigenschap kan genetisch identiek zijn aan de natuurlijke eigenschap. Vervolgens kunnen klassieke (biologische) veredelaars alsnog in de problemen komen als ze op natuurlijke wijze dezelfde eigenschap in hun rassen kruisen. Zij kunnen dan beschuldigd worden van ‘patent inbreuk’ en moeten aantonen dat het bij hen daadwerkelijk om een natuurlijke eigenschap gaat en niet om de gepatenteerde variant.
tekst gaat verder onder foto
Waarom zijn patenten een probleem in de landbouw?
“Wanneer veredelingsbedrijven werken met patenten blokkeren ze de vrije toegang tot genetische diversiteit en belemmeren ze de verdere veredeling door concurrenten. Dit remt de innovatie. Terwijl we in de veredeling juist méér innovatie en concurrenten nodig hebben. Meer bedrijven die meer diversiteit kunnen bieden: een ruime rassenkeuze is belangrijk voor onze voedselzekerheid. Werken met patenten werkt marktconcentratie in de hand, het maakt de sector sterk afhankelijk van een beperkt aantal bedrijven. Als boer krijg je uiteindelijk minder keus: hoe minder zaadbedrijven, hoe minder rassen. En uitgangsmateriaal gaat meer kosten, want patenten zijn zeer kapitaalintensief. Ook het gebrek aan concurrentie zorgt voor prijsstijgingen.”
De biologische sector heeft volgens Raaijmakers extra veel last van patenten op voedselgewassen omdat de biosector voor haar biologische zaden al afhankelijk is van een beperkte groep bedrijven die investeert in de biologische landbouw. Als het aantal onafhankelijke veredelingsbedrijven afneemt, wordt de keuze voor bioboeren steeds beperkter.
“Patenten blokkeren vrije toegang tot genetische diversiteit.”
Veel partijen pleiten nu wel voor CRISPR-Cas, maar zonder patenten. Kan dat?
“Veel politieke partijen en ook landbouworganisaties staan positief tegenover CRISPR-Cas, maar willen geen patenten op voedsel. Dat kan niet: dit gaat altijd samen. Deregulering van CRISPR-Cas leidt onvermijdelijk tot meer patenten op ons voedsel. De voordelen van een techniek als CRISPR-Cas worden opgeblazen en tegelijkertijd wordt er gezegd: het vraagstuk rond de patenten lossen we later wel op. Dat is struisvogelpolitiek. We hebben in 10 jaar strijd gezien hoe moeilijk het is om de patentwetgeving aan te passen. Dit is een heel apart juridisch systeem. Het is niet reëel om dit in korte tijd aan te passen, terwijl er waarschijnlijk in januari of februari 2024 gestemd gaat worden in Brussel over het voorliggende wetsvoorstel rondom NGT’s. Dit gaat scheef lopen.”
Op de hoogte blijven?
Meer nieuws en achtergrondinformatie lezen uit de biologische landbouw? Meld je aan voor de gratis nieuwsbrief, die op dinsdag en vrijdag wordt verstuurd.
Meer lezen over dit specifieke onderwerp? Ekoland heeft een dossier 'nieuwe veredelingstechnieken'.