Genomineerden Ekoland Innovatieprijs 2024 zijn bekend
Van de tien aangemelde bedrijven koos de jury drie genomineerden: Tuinderij de Es, Maatschap Keurentjes-Pietersma en We Grow Organic. Deze bijzondere biologische bedrijven werken alle drie aan een verbinding met de maatschappij en met andere boeren. Ze vinden met goede teeltkennis een eigen gat in de markt. Ze zijn een inspiratie voor zowel biologische als reguliere bedrijven. Leer meer over hun innovaties in de workshop met aansluitende feestelijke prijsuitreiking.
Gerard Keurentjes: Melkveehouderij als één groot ecosysteem
Een reeks van vernieuwingen voerde melkveehouder Gerard Keurentjes door op zijn biodynamische bedrijf in Rutten (FL). Gerard: “Ik besef dat de aarde één groot ecosysteem is.”
Hij luistert graag naar het nummer ‘Aarde’ van Boudewijn de Groot. Op een vreugdevolle toon vertelt Gerard over zijn innovaties. In samenhang: een voorjaarsafkalvende veestapel, vooral grasgevoerd met stripgrazen, antibioticavrij, vrouwelijke kalveren bij de koe, veel natuur en de introductie van agroforestry en voederhagen. Wat opvalt zijn de vele mensen die hem geïnspireerd hebben. Jan van de Kroon en Jaap van Bruchem hebben hem, in 1998, op het koolstofdenken gezet. “Dan begin je aan de voorkant van de koe: een structuurrijk en eiwitarm voer geeft een mest die rijpt en niet rot. Die mest is goed bovengronds met een verticaal spuitbeeld uit te rijden”, vertelt Gerard.
Kruiden
In 2001 bracht Henk Koopman melkveehouder Gerard Keurentjes op het spoor van de fytotherapie. Met een tinctuur van onder andere walnootschors, liep het celgetal terug van een uitzonderlijk hoge 400.000 naar 150.000. Sinds die tijd is het bedrijf geheel antibioticavrij. De fytotherapie bracht hem ook op het idee van agroforestry, het duurde nog even voordat dat vorm kreeg. In 2009 was het veehouder Sierd Deinum die hem inspireerde over te stappen naar maximaal weiden. Dat hield in: een voorjaarsafkalvende veestapel, stripgrazen en negen maanden weiden. Gerard merkte dat koeien het heerlijk vonden om gezoogd te worden en dat bracht hem op het idee om kalfjes niet te scheiden. “Ik laat nu de vrouwelijke kalveren, zo’n 18 stuks voor aanwas, met zes moeders of pleegmoeders drie maanden in het voorjaar samen in de wei. Met de seizoenen meewerken brengt je dichter bij de natuur. En daarbovenop besparen we energie: de grootste besparing is de energie die je niet gebruikt voor voederwinning en mest uitrijden.”
Samenwerken
Op zijn beurt moedigt Gerard weer andere boeren aan. Zo kwam buurtgenoot en veehouder Jelle Hakvoort bij hem kijken. Samen met een derde boer, Joost van Middelaar, zijn ze in 2020 gaan samenwerken met beheerder Harco Bergman van Staatsbosbeheer om het jongvee van Jelle in 21 hectare van het Kuinderbos (eigendom van Staatsbosbeheer) te laten grazen. Met groot succes voor de biodiversiteit, volgens Harco. Afgelopen november kregen de vier samenwerkingspartners de prijs voor het meest baanbrekende collectieve agroforestry-initiatief van Nederland. Het inspireert Gerard ook op eigen bedrijf. “In 2015 had ik al de erfsingels verbreed met voederstruiken. Door de succesvolle bosbeweiding van Jelle’s koeien heb ik in 2021 ook drie kilometer voederhagen in mijn percelen aangeplant, met plantgoed van Staatsbosbeheer.” In 2022 ontmoette Gerard Janina van der Drift, die veel vragen had over kalveren bij de koe. Janina richtte Kalverliefde op, een aparte melkstroom van biodynamische melk van koeien die ook kalveren zogen, sinds 2022 onder andere verkrijgbaar bij AH-winkels. Per 1 januari 2024 levert Gerard zijn melk ook aan deze keten. Zo bouwt Gerard Keurentjes, samen met anderen, dankbaar verder aan de aarde als één groot ecosysteem.
tekst gaat verder onder de foto's
Tuinderij de Es: verbreding, community-building en anders financieren
Van boer zonder land met een innovatieve financieringsvorm nu eigenaren van tuinderij, zorgboerderij én winkel.
Tuinders Bart Pijnenburg en Daniëlla de Winter namen in 2012 Tuinderij de Es in Haaren over. Daniëlla: “Met onze zorgtuinderij laten we de verbinding zien.” Als agrarisch adviseur droomde Bart van een eigen boerenbedrijf. Zonder land is de start lastig. Dat er van veel bedrijven aandelen te koop zijn, met uitzondering van boerenbedrijven, verbaasde hem altijd al. Bij de overname van Tuinderij de Es ontwikkelden ze daarom een unieke financieringsvorm: een groep betrokken investeerders financierde mee, de ‘portiehouders’, die het land in ‘porties’ gefinancierd hebben. Bijzonder: Bart en Daniëlla zijn juridisch eigenaar van Tuinderij de Es, de portiehouders zijn economisch eigenaar. De stichting ‘Gemeynt de Es’ bezit het economisch eigendom van het land en geeft dit in gebruik aan de VOF van Bart en Daniëlla. Elk portie had bij aanschaf de waarde van 1.000 euro. Een portie is in principe eeuwigdu[1]rend en overdraagbaar aan een nieuwe portiehouder. Een totaal van 200 porties maakte het mogelijk voor Bart en Daniella om het bedrijf van 1,9 ha in vier jaar tijd volledig over te nemen, met eigen financie[1]ring voor de rest van het bedrijf. Een portiehouder kan maximaal 40 porties kopen. Rente wordt naar keuze uitgekeerd in geld, een winkeltegoed of in een jaarlijks gezamenlijk portiehoudersdiner, waarvoor de meeste investeerders kiezen.
Unieke vormgeving
Vanuit het ‘heksenhuisje’ – een oud kippenhok om[1]gebouwd tot kantine – krijgen bezoekers en zorgboeren een goed beeld van de unieke vormgeving van de tuinderij, met plantbedden in sierlijke slingers. Die geeft sfeer en voelt snel ‘thuis’. Belangrijk voor de ruim 50 betrokkenen bij tuinderij de Es, waarvan tien op de loonlijst, en voor de 100 portiehouders. “Mensen voelen zich al snel thuis in de aangename, warme sfeer van de huiskamer waarin de ouderen met zorgvraag helpen koken, in de unieke tuin of in het heksenhuisje waar rondom het haardvuur van rust wordt genoten. Tussen de middag eten we in ‘de huiskamer’ gezamenlijk een warme maaltijd.” Naast mensen met dementie is er plek voor mensen met een andere zorgvraag. De unieke ronde vormgeving van de tuin straalt rust, harmonie en geborgenheid uit. De teelt uit tuinderij en kas geeft groenten en fruit die via de goedlopende winkel op eigen erf, via de boerenmarkt in Den Bosch en via andere kanalen worden verkocht. “We willen ons assortiment aanvullen met producten van biologische collega’s.” Met de helft van de bedrijfsomzet uit zorg en de andere helft uit productverkoop, laat de Es zien dat ook met een kleinschalige biotuinderij een goed verdienmodel mogelijk is. Dat biedt ruimte voor experimenten: vanaf 2022 is Tuinderij de Es een demonstratiebedrijf. Doel is ruim 300 boeren en tuinders te inspireren om stappen te zetten naar een landbouw met minder uitstoot en meer biodiversiteit. Naast excursies en trainingen experimenteert de Es in de praktijk. “In 2023 met mulch en groenbemesters in een tuinbouwvruchtwisseling.”
Tekst gaat door onder de foto's
We Grow Organic: met teeltkennis succesvol de markt op
We Grow Organic groeide van alleen teelt naar ketenintegratie in de afzet. Met technische innovaties leveren ze jaarrond uien aan de Europese retail.
Buurjongens Thijs Geerse en Wouter Snippe – beide jonge bedrijfsopvolgers – voegden hun ouderlijke akkerbouwbedrijven in Zeewolde samen. Sinds 1999 telen ze biologisch, verschillende akkerbouwgewassen zoals ui, peen, en aardappel en plus tarwe en vollegrondsgroenten. En in samenwerking met een Flevolandse melkveehouder ook mais en grasklaver. Door de bedrijven samen te voegen, maken ze optimaal gebruik van elkaars sterke kanten. Thijs Geerse: “Wouter is goed in de markt, ik hou van techniek en telen.”
Ketenintegratie akkerbouw
Na 2010 merkten de compagnons dat de biomarkt in Europa groeide en wilden ze meer regie pakken op die markt. In 2016 begonnen ze daarom met sorteren en verpakken. Dat bleek zo succesvol, dat ze inmiddels de hele keten hebben geïntegreerd in één bedrijfsstroom: teelt, verpakken en afleveren tot in de supermarkt. Niet alleen voor eigen uien en aardappelen, maar intussen ook voor een veertigtal collega’s. Uniek is dat ze de kennis van het veld ook bij de afnemers brengen. “Onze klanten waarderen dat.” Door 100 procent biologisch te leveren, met ketenintegratie door eigen teelt en import van bekende Europese telers, is We Grow Organic een betrouwbare leverancier geworden met de benodigde certificatie en IT om aan de Europese retail te kunnen leveren. Dat vereiste flinke innovaties op het eigen sorteer- en verpakkingsbedrijf. “We hebben condensdrogers voor de uien en ook aanpassingen gedaan in onze sorteerhal”, laat Thijs trots zien. “De omgeving is aangepast op de ui, met een laag vochtgehalte, vier geschakelde cellen met condensdroogbewaring, warmteterugwinning en zonnepanelen.” Deze technieken maken het mogelijk om uien bij de klanten op een lagere temperatuur af te leveren, met een betere houdbaarheid. Dat vraagt ook aanpassingen bij die klanten. “We hebben de afnemers en supermarkten geleerd hoe ze met ons product om moeten gaan.” Met de nieuwe bewaring kan We Grow Organic jaarrond Nederlandse kwaliteit leveren en vervangen ze zo de drie maanden Egyptische bio-uien voor de supermarkten in Europa. “En de telers die aan ons leveren, kunnen zelf hun verkoopmoment bepalen.”
Biologische baktarwe
Met 20 jaar ervaring in biologisch telen, hebben Thijs, Wouter en hun medewerkers veel kennis. Die teeltkennis delen ze met startende biologische telers en omschakelaars, naast dat ze de afzet kunnen verzorgen. De keuze om de afzet in eigen hand te nemen, op zo'n grootschalig bedrijf, is een grote stap die voor We Grow Organic heel goed heeft uitgepakt. “We houden zo ons personeel vast.” En de aanpak is herhaalbaar. Naast uien pakt We Grow Organic met het Graanschap de handschoen op voor zomertarwe. “Met de teler, bakker en supermarkt om de tafel voor goede kwaliteit biologische baktarwe.” Het eerste zuurdesembrood ligt als Hollands Desem bij een grote retailer. Nog uitdagingen genoeg. “We willen verdubbelen in areaal baktarwe. En we zien kansen in aardappelen.”
Workshop woensdag 17 januari
Ekoland Innovatieprijs 2024. Woensdag 17 januari, 18.15 - 18.45 uur Hoofdpodium Limousin 1 Met aansluitend feestelijke prijsuitreiking! Klik hier voor meer informatie.
De Ekoland Innovatieprijs wordt gesponsord door Rabobank en Kopersporen.
Tekst: Maria van Bo, Kees van Veluw, Geertje Schlaman
Beeld: Geertje Schlaman